Wij als geborgde rundveedierenartsen en u als rundveehouder moeten voldoen aan de nodige regelgeving omtrent het gebruik van diergeneesmiddelen op het bedrijf. Op deze pagina vindt u onder de verschillende kopjes de regelgeving.

Documenten die bij een controle door Qlip of NVWA getoond moeten worden, zijn:

  • Een geldig 1-op-1 contract –> onbeperkt geldig
  • Een geldig Bedrijfsspecifiek Behandelplan (BBP) –> die tenminste iedere 12 maanden geëvalueerd en vernieuwd moet worden
  • Een geldig BGP of KoeKompas –> die tenminste iedere 12 maanden geëvalueerd en vernieuwd moet worden
  • Voor melkveehouders: KoeAlert –> maximaal 12 maanden geleden uitgevoerd
  • Voor melkveehouders: Officiële controle –> maximaal 12 maanden geleden uitgevoerd

Ga door naar:

Voor de veehouder

Elke veehouder met 5 of meer runderen moet een 1-op-1 contract met een geborgde rundveedierenarts van een dierenartsenpraktijk hebben. Deze is in principe onbeperkt geldig maar kan te allen tijde opgezegd worden. Bij wisseling naar een andere geborgde rundveedierenarts moet het bedrijfsdossier van het afgelopen jaar meegaan naar de volgende dierenarts. De volgende dierenarts is verantwoordelijk voor het opvragen hiervan bij de vorige dierenarts.

Vanaf januari 2012 is het voor elk bedrijf met 5 of meer runderen verplicht een bedrijfsgezondheidsplan (BGP) en een bedrijfsbehandelplan (BBP) te hebben. Beide plannen zijn slechts 12 maanden geldig en moeten vervolgens geëvalueerd en herzien worden. Qua regelgeving is de veehouder hier zelf verantwoordelijk voor. Sinds 2019 is op alle melkveebedrijven het BGP vervangen door het KoeKompas. Sinds 2020 is KoeKompas opgenomen in KoeMonitor. 

 

Controle: 

  • Melkveehouders worden onafhankelijk beoordeeld door Qlip.
  • Overige rundveehouders (vleesvee & evt. jongvee) dienen een contract te hebben met IKB-Rund of Qrund. De rundveehouder moet zichzelf bij één van de genoemde kwaliteitssystemen aanmelden. Als dit niet is gebeurd, mag u geen dieren voor de slacht aanbieden, u krijgt dan namelijk geen VKI formulier meer.

Verantwoordelijkheid veehouder:

  • Het opstellen van een 1-op-1 overeenkomst met een geborgde rundveedierenarts
  • Het kunnen overleggen van een actueel bedrijfsdossier
  • Het tijdig plannen van bedrijfsbezoeken door een geborgde rundveedierenarts
  • Het tijdig plannen van de evaluatie van het BGP/KoeKompas, KoeAlert & BBP
  • Het behandelen van de dieren volgens het advies van de dierenarts middels visites & BBP
  • Het treffen van preventieve maatregelen

Voor de geborgde rundveedierenarts

Specifiek voor rundvee is de Stichting Geborgde Dierenarts (SGD) in het leven geroepen om op een maatschappelijk verantwoorde manier om te gaan met de diergezondheid  & dierwelzijn van rundvee. Om dit voldoende te borgen is door het College van Belanghebbenden Geborgde Rundveedierenarts het reglement “Geborgde Rundveedierenarts” opgesteld. Dit betekent dat alleen geborgde rundveedierenartsen zich bezig mogen houden met de gezondheidszorg van rundvee.

Onderdelen hiervan zijn:

  • Het 1-op-1 contract met rundveehouders
  • Bedrijfsgezondheidsplan (BGP)
  • KoeMonitor met daarin de onderdelen KoeKompas & KoeAlert
  • Bedrijfsbehandelplan (BBP)
  • Inhoudelijke beoordeling

Controle van de rundveedierenarts: 

  • Een jaarlijkse onafhankelijke beoordeling en certificatie van de geborgde rundveedierenarts door KIWA/VERIN. Een belangrijk onderdeel, naast allerlei administratieve zaken, is het voorschrijfgedrag van medicatie en de specifieke onderbouwing daarvan.
  • Intercollegiaal Overleg Dierenartsen (inhoudelijke beoordelingen van de opgestelde BGP’s/KoeKompassen)
  • Bij calamiteiten op rundveebedrijven waarbij de NVWA controleert en daarbij ook de rol van de Rundveedierenarts bekijkt. Ook hierbij gaat het om het voorschrijfgedrag van medicatie en de specifieke onderbouwing daarvan. Te denken valt aan het gebruik van droogzetters, 2e & 3e keuze antibiotica en het voorschrijven van 2e keuze antibiotica voor het gebruik bij mastitis.

Verantwoordelijkheid Rundveedierenarts:

  • Inhoudelijke input leveren aan het bedrijfsdossier d.m.v. visites, logboeken & diagnostiek
  • Inhoudelijk opstellen van het BBP
  • Inhoudelijk opstellen van het BGP of KoeKompas (met daarin oog voor preventieve maatregelen)
  • Inhoudelijk bezoek m.b.t. KoeAlert

VKI (Voedsel Keten Informatie)

Voordat een dier naar de slacht kan, dient u als rundveehouder een VKI formulier in te vullen. Dit kan via de website van Inforund of door te bellen met Inforund. Het VKI dient ervoor te zorgen dat er geen dieren geslacht worden die nog diergeneesmiddelen bevatten (de wachttermijn is nog niet verstreken), ziek zijn of andere risico’s vormen voor de voedselveiligheid. De verantwoordelijkheid voor het correct invullen ligt bij de veehouder. Ook moet de 1-op-1 dierenarts vermeld worden op het formulier, zodat deze bij mogelijke vragen door de NVWA benaderd kan worden. Als rundveedierenartsen willen we graag benadrukken dat u het VKI formulier naar eer en geweten in moet vullen. Zaken die wel eens mis gaan:

  1. Er staat geen medicatie op het formulier, terwijl de koe wel spuitplekken bevat: In geval van een spuitplek is het heel logisch dat de NVWA contact met u en met ons op zal nemen en daarmee komt het slachtproces stil te liggen. In de meeste gevallen betreft het een onschuldige injectie met een medicijn waar geen wachttijd op zit. In dat geval kunt u dit rustig melden en krijgen wij en u geen onnodige telefoontjes.
  2. Het ingevulde RegNL nummer van het medicijn klopt niet of bestaat niet: In veel gevallen komt dat doordat medicatie in het managementsysteem van de veehouder is ingevuld. Deze standaard behandelingen in het managementsysteem zullen wel regelmatig gecontroleerd moeten worden. Een voorbeeld is dat de wachttijden van medicijnen eens in de zoveel tijd opnieuw onderzocht worden en daarop aangepast worden. Ons advies: Controleer een paar keer per jaar of de behandelplannen in uw managementsysteem overeen komen met het BBP dat we jaarlijks met u opstellen.
  3. De toegepaste dosering of tijdsduur van behandeling van het medicijn komt niet overeen met de bijsluiter
  4. Let op middelen die Off-label zijn toegepast in dit geval is de wachttijd voor de melk 7 dagen en voor vlees 28 dagen.

Algemene voorwaarden

Op (behandelings)overeenkomsten zijn van toepassing de Algemene voorwaarden van de Koninklijke Maatschappij voor Diergeneeskunde, gedeponeerd ter griffie van de Arrondissementsrechtbank te Utrecht onder nummer 22/2008.